Compak:
Bij compak moeten de clays verplicht binnen een veld van 40 meter breed op 25 meter diep gepasseerd zijn. Er moeten minstens 6 verschillende clays (machines) per lay-out zijn. Bij compak staan de schutters altijd in een hokje die zo enkele limieten bij het schieten opleggen. Er zijn steeds 5 hokjes per lay-out. De schutters staan naast elkaar in een hokje. Bij compak mag men geschouderd staan voor de clay zichtbaar is maar dit is zoals de schutter het zelf wil.
Jachtparcours:
Bij jachtparcours of sporting maakt men geen gebruik van een hokje waaruit men moet schieten wat bij compak wel het geval is. De clays worden willekeurig gelanceerd (schutters kennen de volgorde van lancering). De clays simuleren zoals de naam het doet vermoeden het traject van verschillende soorten wild. De schutters staan niet naast elkaar maar nemen om beurt plaats in een vierkant of cirkel met doorsnede van 1 meter. De clays zijn over het algemeen moeilijker dan bij compak daar het kader waarbinnen de clays moeten vliegen een pak uitgebreider is. Bij sporting is het verboden te schouderen alvorens men de clay ziet. De kolf moet minstens 25 centimeter onder de schouderkam gehouden worden. Ook al is de clay al vertrokken dan nog is schouderen verboden vooraleer men de clay effectief ziet.
Skeet:
Links en rechts is er een post waarvan de clays vertrekken. De linkerzijde is de post waarvan de clays hoger vertrekken dan rechts (op de website staat inks). De clays vliegen altijd diagonaal van links naar rechts of van of rechts naar links. De schutter is verplicht de clay te schieten gelanceerd van de dichtste post en schouderen is pas toegestaan vanaf dat de clay zichtbaar is. Het geweer moet hier nog lager gehouden worden dan bij sporting. De bovenkant van de kolf van het geweer moet zo laag gehouden worden als waar men bij een geplooide arm de elleboog kan terug vinden. Er zijn 8 schietposten bij skeet en deze zijn verdeeld over een halve cirkel (7 posten verdeeld als een halve cikel rond de twee torens en de laatste post in het midden van de torens). De schutters staan niet naast elkaar. Ze schieten elk om beurt op dezelfde schietpost.
Trap:
Per post staat er een machine voor de schutter die de clays willekeurig lanceert. Dit kan zowel van links, rechts, laag of hoog zijn en het wapen mag geschouderd zijn alvorens de clay zichtbaar is. De schutters staan op een lijn en schieten elk op toer. Hier wordt een doorschuifsysteem gehanteerd.
Onderverdeling trap: DTL - Down The Line (European Trap):
DTL is een zeer populaire discipline onder het trap schieten. De clays vertrekken met een afstand van 45 tot 50 meter onder een vaste hoogte van ongeveer 2,75 meter met een horizontale spreiding tot 22 graden. In totaal worden er 25 clays geschoten. De puntenverdeling is als volgt: 3 punten bij een 'hit' met het eerste schot, 2 punten voor een 'hit' met het tweede schot en 0 punten indien de clay niet geraakt wordt. Er zijn maximaal 75 punten per ronde te verdienen.
Onderverdeling trap: FO - Olympic Trap:
Olympic Trap is zoals de naam zegt een onderdeel van de Olympische Spelen. Clays vertrekken van uit een 'gracht' waaruit 15 clays vliegen in 5 groepen van 3. De clays vertrekken van zodra de schutter roept. De clays volgen een schema waardoor het voor iedere schutter de traject van de clay identiek is, maar in een andere volgorde. Hierbij moet je wapen geschouderd zijn alvorens de clay vertrekt.